In 2013 kondigde KLM onder luid tromgeroffel aan dat de Gemeente Amsterdam deelnemer werd aan het ‘Corporate Biofuel Program’. Eind 2019 werd die samenwerking stilletjes verbroken. De reden: Amsterdam geloofde niet langer dat de biofuel een positieve bijdrage leverde aan de klimaatproblematiek.
Dit blijkt uit de beantwoording van vragen door raadslid Johnas van Lammeren (PvdD) aan wethouder Victor Everhardt over de Amsterdamse deelname aan het KLM-program.
De antwoorden geven een bijzonder inkijkje in de werking van dergelijke programma’s. Tussen 2013 en 2019 betaalde de gemeente precies 60.000 euro voor deelname, gemiddeld 10.000 euro per jaar. Daarmee werd volgens eigen zeggen in totaal 164 ton CO2-uitstoot voorkomen.
Per ton bespaarde uitstoot is dat 365 euro, een aanzienlijk bedrag in vergelijking met de bedragen die KLM in rekening brengt bij reizigers die vrijwillig het vakje ‘doe mij CO2-compensatie’ aanklikken bij het boeken van een ticket.
KLM rekent voor een ton CO2-compensatie ongeveer 8 euro aan de consument. Een retourtje New York City wordt door de site ingeschat op iets meer dan 900 kilogram uitstoot per passagier in de economy-klasse en kost 7,88 euro. Andere websites, zoals myclimate.org, stellen dat de uitstoot tot wel twee keer zo hoog is.
Eerlijke prijs
De door Amsterdam betaalde prijs komt dichtbij het bedrag dat steeds meer deskundigen aangeven als een ‘eerlijk bedrag’ voor het uitstoten van CO2. Zij noemen bedragen tot ongeveer 500 euro per ton. Dat geld is nodig om de gevolgen van de uitstoot teniet te doen, bij voorbeeld door het weer uit de lucht te filteren.
Deelname aan het corporate biofuel-programma betekende overigens niet dat alle vliegreizen van Amsterdamse ambtenaren werden uitgevoerd op biokerosine. Wethouder Everhardt: “Ieder jaar werd hetzelfde bedrag overgemaakt aan KLM. Afhankelijk van de prijs van de biokerosine kon er meer of minder worden ingekocht.”
Compleet klimaatbestendig vliegen kon ook niet gezien de relatief geringe besparing op de uitstoot. Amsterdam telt ongeveer 16.000 ambtenaren. Als één retourtje naar New York al goed is voor 2 ton CO2-uitstoot, zou dat betekenen dat al deze medewerkers in een periode van zes jaar het equivalent van iets meer dan 80 retourtjes New York hadden geboekt. Dat zijn gemiddeld 13 van die tickets per jaar.
Nu zullen lang niet alle ambtenaren vliegen, maar het is aannemelijk dat er veel meer is gevlogen en dat daarom lang niet alle CO2-uitstoot is voorkomen.
Catch 22
De relatief lage kosten voor deelname aan het KLM-programma leek in eerste instantie gunstig te zijn voor de betrokken partijen. Immers kon de gemeente voor weinig geld goede sier maken met het – naar nu blijkt deels – CO2-arm vliegen, terwijl KLM op de trom kon roffelen over zo’n mooie klant.
Dat liet het vliegbedrijf dan ook niet na. In meerdere uitingen werden uitspraken van toenmalig burgemeester Eberhard van der Laan opgevoerd om het programma aan te prijzen en andere organisaties te verleiden ook deel te nemen.
Eén van die andere klanten was overigens – surprise – het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat, in de volksmond ook wel het Ministerie van Luchtvaart genoemd.
KLM mengt in de praktijk niet meer dan 0,18 procent biofuel bij zijn fossiele kerosine.
Geef een reactie