Er bestaat geen regelgeving voor de uitstoot van zeer zorgwekkende stoffen door het vliegverkeer van en naar Schiphol. Daarom hoeft de luchtvaart als enige bedrijfstak in ons land niets te doen aan die giftige emissies. Sterker nog: het kan de uitstoot zomaar verdubbelen of zelfs vertienvoudigen zonder enige sanctie.
Dit blijkt uit een brief die de Inspectiedienst Leefomgeving & Transport (ILT) gisteren stuurde aan Johan Vollenbroek’s Mobilisation for the Environment (MOB). Vollenbroek had de inspectie verzocht te handhaven op de giftige uitstoot.
Vliegtuigen stoten behalve waterdamp een groot aantal vervuilende, gevaarlijke en kankerverwekkende stoffen uit. Bekend zijn onder meer de CO2 die het klimaat schade berokkent en de stikstofoxyden die een aanslag plegen op natuurgebieden. Maar daarnaast, zo blijkt uit de emissieregistratie van het RIVM, worden ook op grote schaal stoffen uitgestoten als het kankerverwekkende benzeen en dito formaldehyde.
Volgens berekeningen gaat het om een hoeveelheid van 280.000 kilogram per jaar. Die enorme hoeveelheid wordt uitgestoten tot 900 meter vlieghoogte, dus allemaal in de directe omgeving van Schiphol, veelal boven woonwijken. Een deel van deze stoffen is al bij kleine hoeveelheden zeer schadelijk voor de gezondheid.
Overigens houdt de uitstoot niet op bij die 900 meter. Daarboven wordt nog veel meer uitgestoten, maar deze emissies worden niet meegerekend door de overheid.
Geen verplichting uitstoot te reduceren
Voor alle andere bedrijven is wettelijk vastgelegd dat zij gehouden zijn de uitstoot zoveel mogelijk te beperken en met inzet van alle mogelijke middelen deze iedere vijf jaar terug te brengen.
Voor de luchtvaart is hier weer een uitzondering gecreëerd. Op het terrein van Schiphol geldt weliswaar een reductieverplichting, maar zo gauw de uitstoot met het vliegen te maken heeft – het taxiën, opstijgen en landen – dan geldt die verplichting ineens niet meer.
De uitzondering is vastgelegd in de Luchtvaartwet, althans dat betoogt de inspectie – overigens zonder onderbouwing. Die wet bepaalt dat de uitstoot niet onder de normale milieuwetgeving valt, maar onder de speciale wet die het vliegverkeer reguleert. Bijkomend voordeel voor de vliegindustrie: die wet zegt helemaal niets over de maximaal uit te stoten hoeveelheden van onder meer benzeen, formaldehyde of ultrafijnstof.
Boterzachte regels
In die wet zijn slechts boterzachte regels opgenomen voor de uitstoot van CO2, NOx, vluchtige organische stoffen als geheel, SO2 en fijnstof. Boterzacht omdat het hier gaat om de maximale uitstoot per ton maximum startgewicht van een vliegtuig. De grenzen zeggen dus niets over de totaal toegelaten uitstoot.
Het gebrek aan regelgeving maakt het onmogelijk voor de inspectiedienst om te handhaven. Immers: een bedrijf kan niet worden gehouden aan niet-bestaande regels. Om het nog verder uit zicht van de reguliere milieuinspecties te houden, bepaalt de Luchtvaartwet ook nog dat de handhaving niet valt onder gangbare instanties als ILT of de omgevingsdiensten, maar rechtstreeks onder de minister van Infrastructuur (I&W).
Nu weet heel Nederland dat I&W er alles aan doet om verdere groei van de luchtvaart te faciliteren, tot en met het presenteren van valse berekeningen over geluid en stikstofuitstoot. Van dat ministerie hoeft de burger dan ook geen handhaving op de uitstoot van kankerverwekkende stoffen te verwachten.
Tegen de grondwet in
Het gebrek aan wetgeving voor de luchtvaartuitstoot druist rechtstreeks in tegen de grondwet waarin staat dat de overheid moet zorgen voor een gezonde leefomgeving.
Hier ligt een schone taak voor de Tweede Kamer om te komen met aanvullende wetgeving. Immers, het luchtvaartminnende ministerie van I&W zal daar niet uit eigen beweging mee komen, gezien de jarenlange pogingen om regels voor de luchtvaart juist te voorkomen of te verdraaien. De Kamer kan (en moet) daarom met een wetsvoorstel komen om dit gapende juridische gat te dichten.
MOB beraadt zich op dit moment over te nemen vervolgstappen in zijn strijd voor bescherming van de burgers tegen de giftige uitstoot van vliegmachines. Volgens een jurist van MOB moet de verplichting tot reductie nu worden afgeleid uit onder meer de Europese regelgeving. Wordt vervolgd.
mcp
Het gemanipuleer en gelul moet maar eens afgelopen zijn.
De tijd voor harde actie nadert.
Wie niet wil luisteren naar rede of fatsoen moet maar eens op een ander manier aangepakt worden.
Mike
Dit lijkt mij ook goed materiaal voor de werknemersorganisaties/bonden, daar de werknemers bij luchthavens blijkbaar allemaal ongecontroleerd worden blootgesteld aan een zeer ernstig ongezonde werkomgeving.
Haes
de term “bananenland” is niet gevallen, maar dat is natuurlijk de meest treffende karakteristiek voor de opportunistische, gewetenloze mentaliteit die achter dit “beleid” schuil gaat.
ReindeR Rustema
Een initiatiefwet is niet makkelijk voor een steevast overbelaste parlementariër. Goed dus om dit met een club burgers voor te bereiden en klaar te zetten.
https://www.parlement.com/id/vh8lnhrqlyx1/recht_van_initiatief
Burgers zijn heel vrij om allerlei informatie op te vragen en te krijgen. Voor Kamerleden is de minister de route, terwijl dat juist nu weinig heil zal bieden.
Ik stel voor dat iedereen die mee wil schrijven zich meldt bij [email protected]
mcp
Verwerpelijke en potentieel schadelijke gedachte.
Als we er van uitgaan dat kamerleden het “al druk genoeg hebben”, kunnen volksvertegenwoordigers, wat ze zijn, net zo goed helemaal afgeschaft worden.
Martin
Dit deugt van geen kanten. In 2008 heeft toenmalig Minister Eurlings juist gesteld dat voor de emissie van vervuilende stoffen rond luchthavens de Wet Milieubeheer van toepassing is (inclusief dus reductieverplichtingen voor Zeer Zorgwekkende Stoffen). Dat deed hij met de kennelijke bedoeling dat de Luchtvaartwet, die ter wijziging voorlag, niet bezwaard zou worden met verplichtingen over de luchtkwaliteit. Enkele passages uit een schriftelijke beantwoording:
“Wat betreft de luchtkwaliteit in Nederland is de zogenoemde Wet luchtkwaliteitseisen (Hoofdstuk 5, titel 5.2, uit de Wet milieubeheer) van toepassing. De gebieden rondom luchthavens zullen, net als rondom alle andere bedrijven in Nederland, aan de daarin vastgelegde eisen moeten voldoen.”
“Het kabinet acht het daarom niet noodzakelijk dat door het Rijk extra regels (aanvullend op de Wet luchtkwaliteitseisen) worden voorgeschreven voor luchtkwaliteit of de emissies van luchtverontreinigende stoffen door het luchthavenluchtverkeer.”
Uit: Kamerstuk 30542 nr 47 d.d. 4 november 2008
Het ILT en het ministerie zijn formeel natuurlijk gescheiden instanties, maar de wet zo verschillend interpreteren gaat niet aan. Bovendien heeft Harbers zelf ook al geroepen dat de Wet Milieubeheer niet zou gelden maar de eigen softe luchtvaartwet.
Parlement wordt wakker!!!