Onze samenleving loopt 2 tot 3 miljard euro mis omdat de overheid geen accijns heft op vliegtuigbrandstof. Dat is de helft tot driekwart van de energiebelasting die burgers wél moeten betalen voor het verwarmen van hun huis.
Inmiddels heeft dit artikel een update gekregen en blijkt het inkomstenverlies van de samenleving zelfs tussen de 2,5 en 4 mld euro te liggen. Zie de paragraaf ‘Update’ onderaan dit artikel.
Zoals wij eerder al schreven wordt op Schiphol jaarlijks 3,753 miljard kilogram kerosine verkocht. Met een soortelijke massa van 0,950 kg per liter gaat het dan om 3,95 miljard liter.
Zou voor deze enorme hoeveelheid vervuilende brandstof dezelfde accijnsheffing gelden als voor benzine (een vast bedrag van 78,6 cent per liter), dan zou dit liefst 3,1 miljard euro aan extra inkomsten betekenen voor de staatskas. Wanneer de dieselaccijns van 49,8 cent per liter zou gelden, dan nog kan de overheid bijna 2 miljard euro aan extra inkomsten ophalen in de luchtvaartsector.
Evenveel als overdrachtsbelasting of OZB
Afgezet tegen andere inkomsten van de staat, betekent dit dat met de misgelopen inkomsten uit de luchtvaart de gehate aanschafbelasting voor nieuwe auto’s (BPM) in zijn geheel afgeschaft zou kunnen worden (opbrengst: 2 mld euro), of de overdrachtsbelasting bij het kopen van een nieuw huis (2,7 mld euro).
Zelfs zou de voor veel burgers gevoelige onroerende zaakbelasting van jaarlijks 3,8 mld vrijwel geheel kunnen worden afgeschaft.
‘Chicago’
Waarom de overheid geen kerosinetax heft, is onduidelijk. De luchtvaartsector zelf stelt dat dit niet mag vanwege afspraken uit het Verdrag van Chicago uit 1944 (!).
Destijds werd het belang van de luchtvaart voor het verbinden van naties zo groot geacht, dat de sector allerlei vrijstellingen wist te bedingen. Een achterhaald idee, zeker nu internet is ingeburgerd en van veel groter belang is voor de samenwerking tussen mensen en landen.
Dat kerosinetax wordt verboden door het verdrag is bovendien een onjuiste voorstelling van zaken. ‘Chicago’ verbiedt slechts het belasten van kerosine die al aanwezig is in de tank van vliegtuigen na de landing in een vreemd land.
Roep om tax steeds luider
In Nederland, maar ook in veel andere landen, klinkt de roep om kerosinetax steeds luider. Nu recentelijk Duitsland haar regering opdracht gaf de mogelijkheden van deze tax te onderzoeken in Europees verband, kan invoering in een stroomversnelling komen.
Op dit moment is de prijs per liter kerosine ongeveer 1,57 euro per gallon of 41 cent per liter. Een accijnsheffing van 78 cent zou de kerosine dus grofweg drie keer zo duur maken (119 cent per liter). Nog altijd fors goedkoper dan een liter diesel of benzine aan de pomp.
Voor een korte vlucht, naar bij voorbeeld Londen, brengt accijns de brandstofkosten van 8 euro naar 25 euro per passagier. Voor langere vluchten zou het een prijsstijging betekenen tot meer dan 200 euro.
Probaat middel
Accijns op kerosine kan met deze prijsverhogingen een goede rem worden op de ongebreidelde groei van de luchtvaart. En daarmee een probaat middel tegen de explosief stijgende overlast en vervuiling.
Update Een ijverige KLM-medewerker meldde ons via Twitter dat de soortelijke massa van kerosine door ons verkeerd is opgezocht via Google.
Met deze informatie groeit de op Schiphol verkochte hoeveelheid kerosine naar 3,753 mld kg / 0,78 = 4,81 mld liter. En de door de samenleving gemiste inkomsten naar 2,4 mld tot 4 mld euro.
Excuses voor onze fout, maar met dit bedrag zou de OZB voor heel Nederland kunnen vervallen. Als wij hart zouden hebben voor ons bedrijf, zouden we een actiegroep niet op deze fout hebben gewezen! Dank Matthijs!
Sla dit artikel op in uw favorieten
2 Pingbacks